Slaap verloopt via verschillende fasen en deze fasen vormen samen de slaapcyclus. Een slaapcyclus duurt ongeveer 90 tot 120 minuten en en normale nacht wordt de slaapcyclus 4 à 5 keer doorlopen.
Fase 1: Sluimerfase
Deze fase is de overgang van wakker zijn en slapen. De oogbeweging wordt trager en de hersenactiviteit neemt af. Deze fase duurt een paar minuten. Als iemand succesvol is overgegaan van de waaktoestand naar de slaaptoestand start de volgende fase.
Fase 2: Lichte slaap
In deze fase begint de slaap maar is deze nog heel licht. Iemand wordt niet meer van elk geluid wakker maar kan makkelijk gewekt worden. Als iemand gewekt wordt in deze fase heeft diegene niet het gevoel goed geslapen te hebben. Deze fase duurt iets minder dan een uur.
Fase 3: Diepe slaap
Dit is de fase van de echte diepe slaap. De ademhaling en het hartritme dalen tot het laagste ritme.
In deze fase is iemand erg ontspannen en moeilijk wakker te krijgen. Als iemand uit deze slaap gewekt wordt is diegene vaak gedesoriënteerd. Deze fase van diepe slaap zorgt voor fysieke rust en herstel.
Fase 4: REM-slaap
In deze fase zijn er snelle oogbewegingen (Rapid Eye Movement) en is er sprake van grote hersenactiviteit. Deze hersenactiviteit die vergelijkbaar met wanneer iemand wakker is. Spieren zijn volledig ontspannen. De REM-slaap wordt ook wel de droomslaap genoemd. Tijdens deze fase wordt informatie verwerkt en worden bepaalde zaken opgeslagen in ons langetermijngeheugen. Het is ook de fase van emotioneel herstel, ervaringen die iemand tijdens de dag heeft opgedaan wordt nu verwerkt. Omdat er tijdens de REM-slaap veel activiteit in het brein plaatsvindt kost deze fase energie.
Na elke REM-slaapfase wordt je soms kort (vaak onbewust) wakker en begint de hele slaapcyclus opnieuw tot het tijd is om wakker te worden. Gemiddeld slaapt een persoon met een normaal slaappatroon tussen de 6 en 8 uur per nacht.